Het werk

Nanine Linning is een van de toonaangevende jonge dansmakers in Nederland die met haar producties internationale furore maakt. Zij onderscheidt zich door haar multidisciplinaire handtekening waarin ze verschillende kunstvormen laat versmelten tot een nieuwe theatertaal. Voor haar voorstellingen werkt ze samen met prominente kunstenaars uit de beeldend kunst, video, design en mode wereld en op het podium waren in het verleden naast dansers ook acteurs, dichters en musici aanwezig. Haar voorstellingen onderscheiden zich door de bijzondere presentatievormen en locaties die zij uitkiest en haar theatrale events die ze naast haar voorstellingen presenteert als context voor haar werk. Hiermee is Linning een choreografe die zich graag buiten de bewandelde paden van het theater begeeft.

Haar voorstellingen staan bekend om de extreem fysieke danstaal die zij met haar dansers ontwikkelt en de aangrijpende thema’s waarin herkenbare emoties, primaire menselijke instincten, driften en verlangens centraal staan.

In een dynamische wereld worden overlevingsmechanismen en menselijke interacties zichtbaar; de mens in zijn nietigheid en grootheid. Het lichaam met uiteenlopende verlangens neemt daar een belangrijke plaats in. Enerzijds verlangt de mens naar fysieke communicatie met de buitenwereld. Maar ook is er de wens zich te verschuilen in zichzelf. Hij is op zoek naar berusting, naar een vrijwel onmogelijk gevoel van totale geborgenheid.

In haar voorstelling Bacon (2005), een werk geïnspireerd op het werk van schilder Francis Bacon, zette Linning de mens zeer primair neer, dierlijk en instinctief. Cry Love (2006) ging over de mens als mens, met zijn emoties, zijn verlangens en zijn kwetsbaarheid. Met Dolby (2008) gaat zij nog een stap verder, de dansers zijn tot elkaar veroordeeld in een steeds veranderende omgeving.

In Endless Song of Silence (2010) zijn de dansers verwikkeld in een heftige strijd om samen één te kunnen zijn. Een strijd die met liefde gepaard gaat en het onherroepelijke afscheid dat daarop volgt. In Synthetic Twin (2010) dient de Siamese tweeling als metafoor voor onafscheidelijk zijn en samen één zijn.